Achtergrond opleiding “Besturen van Filantropische Fondsen”

Waarom een opleiding Besturen van Filantropische Fondsen?
In de besturen van filantropische vermogensfondsen zitten vitale, maar vaak oudere leden, veelal met een ruime ervaring in het bankwezen en in bestuursfuncties. Voor de continuïteit van de fondsen is jonge aanwas noodzakelijk en daarom moet er aandacht geschonken worden aan de opleiding van potentiële kandidaten. Dit is van belang voor de vermogensfondsen afzonderlijk, maar ook voor de vermogensfondsen gezamenlijk, die zo de beschikking krijgen over een “pool” van potentiële kandidaat-bestuursleden.

Meer achtergrond van de opleiding

Professionalisering van de filantropie
De filantropische sector is aan het professionaliseren. Er zijn twee belangrijke impulsen voor professionalisering van de filantropie. Ten eerste de terugtredende overheid die meer verantwoordelijkheid en taken bij de maatschappelijke organisaties legt en ten tweede de kwaliteitseisen die met name de grote gevers stellen aan het beheer en de besteding van hun donaties.

Wat doen de filantropische instellingen zelf om aan deze toenemende eisen te voldoen? Met andere woorden: hoe krijgt de professionalisering van de filantropie vorm?

Kwaliteitsstandaarden
Een belangrijke vorm van professionalisering is het ontwikkelen en handhaven van kwaliteitsstandaarden. Binnen de filantropie krijgt deze onder andere vorm in een viertal keurmerken waarvan het CBF-keurmerk van het Centraal Bureau Fondsenwerving het bekendste is. De keurmerken zijn alleen van toepassing op fondsenwervende organisaties. Vermogensfondsen vallen hier tot nu toe buiten. De regering onderzoekt echter de mogelijkheid om te komen tot één keurmerk voor de gehele filantropische sector en overweegt om het hebben van dit keurmerk te maken tot voorwaarde voor de toekenning van de fiscaal gunstige ANBI-status.

Kwaliteit en diversiteit
Bij de professionalisering van de non-profitsector behoort ook de aandacht voor de kwaliteit en diversiteit van de bestuursleden. Het merendeel van de bestuurders van filantropische vermogensfondsen behoort tot de generatie van de babyboomers.

Nu de filantropie een enorme groei laat zien kan deze onevenwichtige leeftijdsverdeling nadelige gevolgen hebben voor de continuïteit van de organisaties. Verjonging is dan ook wenselijk. Behalve continuïteitsredenen zijn er ook inhoudelijke redenen om verjonging van de besturen na te streven. Diversiteit zal namelijk de kwaliteit van het besturen ten goede komen.

Jongeren hebben via hun opleiding kennis opgedaan van moderne inzichten betreffende het besturen van organisaties en brengen actuele financiële en juridische knowhow in.
Hun stijl van werken is ook anders. Zij willen liever in kleine groepen participeren en werken aan projecten waar ze persoonlijk bij betrokken zijn. Een werkwijze die goed aansluit bij de wensen van juist de vermogende gevers.
Een ander pré is hun kennis van de social media die een snelle, persoonlijke en efficiënte communicatie naar verschillende groepen gevers mogelijk maakt. Een heldere en transparante communicatie is van groot belang voor de gevers.
Jonge bestuursleden brengen ook een heel ander netwerk van relaties binnen. Zij zijn nog volop aan het werk en kunnen zo binnen hun eigen werkkring filantropie promoten als een van de vormen van maatschappelijk verantwoord ondernemen.
Bovendien vergroot hun aanwezigheid de herkenbaarheid voor een jonger publiek. Ook de filantropie is een markt waar verschillende organisaties met elkaar strijden om de gunst van de gever. Een brede basis is dus van belang.

PAO-Opleiding “Jong Bestuurstalent voor filantropische vermogensfondsen”
Jonge bestuurders kunnen van groot belang zijn voor de kwaliteit van filantropische instellingen. Maar is het ook voor hen interessant om in deze organisaties actief te zijn? Het merendeel van de zittende bestuurders is van een andere generatie, zodat de jongere vaak als eenling in een bestuur van babyboomers zit. Ondanks alle kennis en vaardigheden ontbreekt geregeld specifieke kennis van de filantropische sector. Dit probleem worden aangepakt door de Post Academische Opleiding Jong Bestuurstalent voor Filantropische Vermogensfondsen.Via deze opleiding leert de jonge bestuurder “lotgenoten” kennen en wordt specifieke kennis aangereikt die nodig is om slagvaardig te kunnen zijn in een bestuur.

Inhoud PAO-Opleiding
De belangrijkste onderdelen van de opleiding geven een goed beeld van wat een professioneel filantroop hoort te weten. Dat is ten eerste kennis van de hoofdlijnen en belangrijkste recente trends op het gebied van de filantropie in Nederland. Hierbij behoort ook inzicht in de redenen waarom mensen geven. Als tweede valt daaronder het besturen en leiden van een niet-commerciële organisatie. De vrijwilligers vragen weer om een andere benadering dan de werknemers op het bureau van het fonds. Ten derde is kennis vereist van de wet- en regelgeving en gedragscodes die van toepassing zijn op vermogensfondsen. Onderdeel hiervan is de vraag in hoeverre met het beheerde kapitaal risico’s mogen worden genomen. Het vierde en niet het minst belangrijke is het kunnen managen en evalueren van projecten. Hoe houd je de vinger aan de pols en hoe kunnen het best de resultaten worden gepresenteerd aan de achterban?

Conclusie
De filantropische sector is stevig aan het professionaliseren en gereed om haar toegenomen maatschappelijke verantwoordelijkheid op zich te nemen. Keurmerken en de komende verjonging van de besturen zijn allemaal signalen dat de goededoelenorganisaties investeren in de kwaliteit van hun organisatie en daar plukken de goede doelen zelf de vruchten van.

Nieuws